Een Man met Borsten - Het Middagjournaal van dinsdag 4 juni (Nieuwe Feiten, Radio 1)
Beste luisteraar,
Gisteravond stond ik nog op café aan de toog naast een vrouw. Ze klokte een pint achterover, likte de schuimsnor van haar bovenlip en zei: dat we ze nog lang mogen mogen, terwijl ze een scheet liet. Ze keek me parmantig aan. Ik zei: “Bier is het enige bewijs dat God wil dat je gelukkig bent, Sam.” Ik citeer Benjamin Franklin wel vaker op café, omdat ik verder slecht ben in toogpraat. Die Sam had ik er zelf al grappend aan toe gevoegd, gelukkig was twitter niet in de buurt.
Ik denk dat deze toogbuurvrouw in de volksmond “een vrouw met ballen” zou worden genoemd. Ik heb een hekel aan die omschrijving. Als vrouwen ballen hebben, zijn het mannen. Oas mijn tante kluuten had, twoar mijne nonkel, zegt een oude Gentse volkswijsheid.
Gevoelige mannen worden ook niet “een man met borsten” genoemd. Ook al moet ik op mijn leeftijd opletten met bier of ik krijg een lekker stel.
Gelijkwaardigheid staat natuurlijk als een paal boven water, maar gelijkvormigheid vind ik minder interessant. Als man krijg ik dan de kinderlijke behoefte om mij opnieuw te onderscheiden.
Dat deed mij vanochtend besluiten een gedicht uit het hoofd te leren. Zomaar. Om op een onbewaakt moment ergens verderop in mijn leven te kunnen declameren. Misschien om indruk te maken op een vrouw. Misschien op een heel gezelschap. Wellicht niet aan de toog van een café. Ik zou het opsparen voor een heel bijzonder moment. Een moment waarop dat gedicht dat ik vandaag uit het hoofd heb geleerd bijzonder toepasselijk zou zijn. Ik zou het aanheffen en het moment extra magie mee geven. Ik zou genieten van bewonderende blikken. Het zou mij als gevoelige man op de kaart zetten. Een man die daarvoor geen borsten nodig heeft.
Ik heb van oudsher twee lievelingsdichters, Campert en Kopland, dus wilde ik één van hen de eer geven om voor altijd in mijn geheugen te blijven. Het werd een Kopland.
Nu begrijpt u, beste luisteraar, dat ik mij moet inhouden om dat opgespaarde gedicht niet meteen aan u voor te dragen. Maar ik ben sterk.
Alles kan ik verdragen,
het verdorren van bonen,
stervende bloemen, het hoekje
aardappelen, kan ik met droge ogen
zien rooien, daar ben ik werkelijk hard in.
Maar jonge sla in september,
net geplant, slap nog
in vochtige bedjes, nee.
Kijk, nu kwam het toch al meteen van pas. Deze namiddag zal ik een nieuw gedicht uit het hoofd leren. Voor een volgende gelegenheid. Het wordt een Campert.
Beluister dit Middagjournaal.
Johan Terryn is mediacoach, leadership coach en schrijft momenteel aan zijn nieuwe theatervoorstelling "Ankerman".
